Tijdens de vakantie in de Speyside, was een van mijn wensen om naar de Cooperage te gaan. De overnachtingen in de Highlander Inn in Craigellachie maakten dat wel makkelijker. De Cooperage ligt net buiten het dorp, 1 km verder dan de Craigellachie Distillery.
De aankomst
We gingen te voet, lekker 20 minuten in de frisse winterlucht in de ochtend kan nooit kwaad. Het zonnetje scheen (eindelijk), dus het zou zonde zijn om de auto te nemen voor dat kleine stukje.
We waren wat aan de vroege kant. We hadden geboekt voor elf uur en kwamen om 10:40 uur aan.
Een rondgangetje in het bezoekerscentrum/winkeltje doodde de tijd. Ze hadden wel leuke gadgets liggen (koekblikjes met St. Andrews cross erop, t-shirt met een Highlander Coo etc.) maar onze ogen vielen echt op de ‘Speyside Cooperage single malt 10’, die zouden we na afloop meenemen!
De Rondleiding
De vier andere gasten kwamen eindelijk aan (ruim op tijd, maar we hadden de winkel wel gezien), de tour kon dus beginnen. Al snel bleek dat het gezelschap van oudere mensen nogal bijzonder was. Traag met bewegen, traag van begrip, de batterijen van de hoorapparaten leeg…etc.
We begonnen met een filmpje over vaten maken en de relevantie van vaten voor de whisky. Veel open deuren, maar wel leuk gemaakt. Meteen na het intro gingen we naar de werkplaats. Toeristisch als ze zijn, was er een wandelgang gemaakt op verdieping één om makkelijk alle stadia van het vaten maken te zien. Excuses voor de foto’s, de ruit van de corridor was ‘niet glashelder’.
Ik moet zeggen, het was indrukwekkend. Wat een werkijver hebben die mannen…ze knallen maar door. Het programma van vandaag was vaten repareren waar mankementen aan zitten. De mankementen zijn gemarkeerd met een krijtje dus er wordt meteen aangevallen!
Hoe leer je dit eigenlijk?
Achterin is de afdeling “Apprentices”, leerlingen dus. Het duurt soms wel vier jaar voordat een apprentice klaar is. De jongens gaan vaak meteen na de middelbare school naar de Cooperage, het zijn nog jonge jongens dus. Als ze handig zijn, leren ze het snel en kunnen ze na drie jaar al klaar zijn met de opleiding. Elke leerling die het examen aflegt slaagt uiteindelijk, gewoon omdat het examen pas aangeboden wordt als ze klaar zijn. De tijd die dat duurt is dus voor iedere leerling anders.
Toen leerden we dat de coopers betaald worden per vat en niet per uur. Dat verklaarde waarom ze zo hard werkten, door hard te werken bepalen ze zelf hun salaris.
We leerden ook dat de mannen die de vat-eindes maken geen coopers zijn. Het is een makkelijkere skill, ‘men of a different trade’. Het gebeurt dus dat een leerling geadviseerd wordt om ronde ‘deksels’ te maken, omdat het vat-maken niet in het bloed zit.
Het einde van de lijn
De vaten worden aan het eind van de lijn gecontroleerd op waterdichtheid. Als een vat niet goed is, gaat het terug naar de cooper. Ze worden per goedgekeurd vat betaald, dus ze balen als er een terug komt, maar werken er hard aan om het weer te fiksen.
Als laatste stond er een man de bovenkanten van de goedgekeurde vaten grijs te schilderen. De kleur is op aanvraag van de distillery waar deze vaten naartoe gaan, dus een dag mag hij grijs schilderen, de andere dag is het bijvoorbeeld wit.
We kregen erg goede uitleg van de dame, maar ons gezelschap kwam met opmerkelijke vragen. Een greep eruit: “Welk hout gebruiken jullie?”, “Zijn de vaten die buiten liggen vol of leeg?”, “Waar maken jullie de whisky?”, “Krijgen we nog de vlammen te zien?”…etc. Daarnaast werden er vragen gesteld die al beantwoord waren in de film of door de dame, misschien net een minuut voordat de vraag gesteld werd…ik waande me op school waar leerlingen ook dat soort vragen stellen. Een beetje vermoeiend was het wel.
Tot slot…
Aan het eind van de ronde gingen we naar een ruimte waar we de Speyside Cooperage single malt 10 te proeven kregen. Gelukkig maar! Niet dat ik om 12:00 uur zo’n behoefte aan whisky heb (echt niet!), maar om te proeven dat het niets is. We kregen niet te horen waar de whisky was gemaakt, maar hebben daar besloten geen whisky (en ook geen andere gadgets) mee te nemen.
Tijdens het proeven vroegen ze ons waar we vandaan komen (die vraag wordt vaak gesteld). “My dad was Dutch as well!”, kwam van een van de medegasten. Dat was toevallig!
Nu heb ik dat tijdens deze reis meer gehoord, of ze hebben veel in Nederland gewerkt, of ze hebben familie in Nederland…wel leuk.
Al met al was het een geweldige tour, hoe die mannen daar met de vaten aan de slag gaan was fantastisch om te zien, echt nog ambachtelijk werk. Als je in de Speyside bent is dit echt een aanrader!