De Kilkerran distillery
Kilkerran is een whisky die van oudsher gemaakt werd in Campbeltown, opgericht in 1872 door William Mitchell. Maar zoals het met heel veel Campbeltown distillery’s verging, sloot ook deze distillery haar deuren, op 8 april 1925.
Na veel pogingen is het uiteindelijk toch niet gelukt om deze whiskymaker nieuw leven in te blazen…helaas!
Maar, in 2000 werd de Glengyle distillery opgericht onder de naam Mitchell’s Glengyle Limited. Het duurde even voordat de hele stookinstallatie operationeel was en dat alles juridisch geregeld was. Vanaf januari 2013 was de distilleerderij losgekoppeld van de Spingbank distillery en kon er helemaal onafhankelijk geproduceerd worden, Kilkerran stond weer op de schappen.
De oorsprong van de naam van de whisky en het design van de fles/koker is van de oude Ierse monnik Sint Kieran. Hij heeft zich gesetteld in ‘Ceann Loch Cille Chiarain’. In Campbeltown is het niet gebruikelijk om de whisky te vernoemen naar een Glen (dat is voornamelijk Speyside), dus Cille Chiarain wordt Kilkerran. Het etiket is het uitzicht vanuit de cel naar de kerk, op die plek vind je nu Campbeltown.
Wat zit er in de fles?
De productie van deze variant heeft een paar haperingen gehad, een tijdje is die niet leverbaar geweest. De whisky heeft voor 70% op bourbon en 30% op sherry vaten gelegen, is niet bijgekleurd, non chill filtered en gebotteld op 46% alcohol, volgens het boekje “hoe maak ik goede whisky” dus.
Deze whisky staat ook wel te boek als ouderwetse kwaliteitswhisky, we zullen zien.
De smaaknotities
De kleur van de whisky is mooi goud.
De geur is meteen heel vriendelijk, vol, eikenhout, krenten, en wat zoetigheid van marsepein. Kruiden, drop en vanille komen later ook nog kijken (en worden uiteindelijk best duidelijk). De smaak is behoorlijk stevig, een hele volle maar ook vriendelijke whisky. In eerste instantie droog, sinaasappelschil, citrus. Maar vrij snel komen er ook aardse tonen (turf) en peper bij kijken. Een heerlijk complex van smaakjes die zich blijft ontwikkelen. Ik doe er een paar drupkes water in, zeker omdat de whisky erg langzame poten heeft. Whut??
Whisky en olie
Nou, als je de whisky door het glas walst, maak je de binnenkant van het glas nat. Die whisky moet weer naar beneden. Water zou meteen naar beneden lopen, maar als er veel olie in de whisky zit, wordt die trager. Bij deze whisky duurt het zo’n 15-20 seconden (!!) voordat de whisky gaat lopen. Water zorgt ervoor dat die olie ‘breekt’ en er dus andere smaakjes vrij komen. Als je dat doet, moet je het water een minuutje ofzo de tijd geven om z’n werk te doen.
De geur van de whisky wordt er sowieso zachter van, veel zachter. De geur gaat nu meer richting gras. Het complexe is wel een beetje weg…
De smaak is ook zachter, de peper is weg. De whisky is zoeter geworden, karamel bonbons, er is zelfs een zuurtje te bespeuren.
Water maakt de whisky anders, ik vond het zonder water toch wel lekkerder.
Maar, wauw! Dit is inderdaad een hele mooie whisky, een om rustig van te genieten bij een knisperend vuurtje in de kachel…